
Spreekwoorden: (1914)
De kaart kennen.In den regel ‘de kaart van het land kennen’, d.w.z. op de hoogte van de toestanden zijn. Een uitdr. die ontleend is aan de aardrijkskunde, blijkens Sewel, 372: De kaart kennen, de Land- en Zee-kaarten weeten te gebruiken, to understand maps, to be skillfull in the Geograp...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
De kaart kennen.In den regel ‘de kaart van het land kennen’, d.w.z. op de hoogte van de toestanden zijn. Een uitdr. die ontleend is aan de aardrijkskunde, blijkens Sewel, 372: De kaart kennen, de Land- en Zee-kaarten weeten te gebruiken, to understand maps, to be skillfull in the Geograp...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.